De kerk “Notre Dame” van Sénéchas en zijn pastorie

GESCHIEDENIS

n de loop van de eeuwen zijn er verschillende markante ontwikkelingen geweest in de geschiedenis van dit monumentale gebouw.

De oude pastorie (La mazade)

 

De kerk met zijn plein

Er stond eerst een heidense tempel op deze plaats. Onder de vijftig oude munten, die dertig jaar geleden gevonden werden toen de vloer van de kerk vernieuwd werd, bevond zich een bronzen munt uit de Romeinse tijd. Een andere Romeinse munt werd in een nabijgelegen put gevonden.

In 419, toen het bisdom van Uzès werd gesticht, werd de primitieve tempel vervangen door een christelijk bouwwerkje. Er is niets over gebleven van dit gebouw uit de vroege Middel Eeuwen, maar het hergebruik van de vele gebeitelde stenen ( met zeer karakteristieke vorm) in het laat middeleeuwse gebouw laten er geen twijfel over bestaan.

In de twaalfde eeuw hebben monniken op deze plaats een Romaanse kerk gebouwd, de grondlegging voor het huidige bouwwerk. (een rechthoek van 4m bij 8 m) De westelijke muur is nog steeds duidelijk zichtbaar, grote steenblokken met afgeronde hoeken (dit is de muur met de gedenkplaat voor de gevallenen uit de eerste wereldoorlog) en onder de huidige houten vloer bevinden zich nog gedeeltelijke stenen funderingen van de zuid muur.

Het duurde tot het einde van de zestiende eeuw voor dat deze gebedsplaats werd omgevormd tot een kerk van 12m bij 4m. Het schip van de kerk werd volledig vernieuwd en vergroot. Het is het huidige booggewelf met zijn dubbele bogen. Een vierkant gat in de westelijke muur en de aanwezigheid van booggewelven op twee niveaus maken het aannemelijk dat er een galerij was over de breedte van het gebouw. (zoals in de kerk Saint Martin in Aujac ).

De kerk, gewijd aan Onze lieve Vrouwe Maria Hemelvaart, was een pelgrimsplaats tot in 1790.

Voor de revolutie behoorde Sénéchas tot het bisdom van Uzès, het was de zetel van een decanaat die vijftien parochies omvatte, te weten: Sénéchas, Aujac, Sainte Cécile d'Andorge, Blannaves, Chamborigaud of Chausses, Notre Dame de Laval, Le Mas Dieu, Saint Andéol de Trouillas, Notre Dame de Castagnols, Saint Maurice de Ventalon, Gourdouze, Portes, Génolhac, Peyremale en Les Salles.

Plattegrond van de kerk - Zwart : Twaalfde eeuw - Grijs: Zestiende eeuw - Wit: Negentiende eeuw

In de negentiende eeuw konden, dankzij de groei van de bevolking en een legaat van Joseph Coulet, de twee zijkapellen en het koor en de toren aangebouwd worden.

DE RESTAURATIE VAN DE KERK EN DE PASTORIE.

De restauratie en behoud van het gemeentelijke erfgoed is één van de belangrijke doelstellingen van de gemeente. Het comité voor de restauratie van de kerk (Le Comité de Restauration de l'église) is opgericht in 1975 onder aansporing van de Abbé Jean Roux, pastoor van de parochie van 1958 tot 1993.

Het comité en de gemeente Sénéchas werken sindsdien nauw samen.

Overzicht van de verschillende restauratie werkzaamheden

1979 – Herstel van de klokkentoren.

1982/1983 – Restauratie van het interieur van de kerk, waarbij de verschillende fases van de bouw zichtbaar worden.
1984 – Betegeling van het koor en plaatsing van het huidige altaar.

1986 – Het eerste deel van de vloer is hersteld.

1988 – Verwarming is aangebracht, en het kruis in het koor geplaatst.

1989/1991 – De muren van de kapellen aan de zuidzijde zijn gepleisterd, het tabernakel was gebouwd en het laatste deel van de vloer is hersteld.

1995 – Plaatsing van de drie glas in lood ramen.

1996 – De klok kan elektrisch worden geluid.

1997/1998 – Inrichting van de sacristie en van de aangrenzende ruimte, een deel van het dak is hersteld.

2002 – Volledige restauratie van de oude pastorie. In gebruik genomen als gemeentehuis met gîte (hut).

2005 – Uitvoering van het plein en restauratie van het oude gemeentehuis en transformatie in een aantal hutten (gîtes).

2007- Het plaatsen van de Kruisweg.

----------------------------------

De glas in lood ramen

Informatie overgenomen door Jean Roux uit het register van 1840 tot 1878 van de fabrikant.

Er waren schenkingen voor de installatie van negen ramen, maar er zijn er slechts vijf, uit het jaar 1874, van behouden gebleven, dit zijn:

- Raam van Johannes de doper, van de familie Beaumès-Mercier uit Charnavas,

- Raam heilige Jozef, van de familie Mercier uit Martinenches,

- Raam van het heilige hart, van de familie Rosé Polge Escalier uit Martinenches,

- Raam heilige Petrus,van de familie Chalbos uit Mallenches,

- Raam heilige Laurentius van de familie Amat uit Rouis.

Het centrale raam van het koor, "Notre Dame", Maria, werd in 1960 geplaatst.

In 1995 werden drie abstracte ramen geplaatst.

Zaken ontdekt tijdens het werk

Onder het vijftigtal gevonden munten bevinden zich zestien geldstukken, waaronder een bronzen Romeinse munt, die zijn geïdentificeerd door de munten vereniging uit Alès.

De andere munten zijn in een dergelijke slechte staat dat zij niet konden worden gedateerd. 

Al de geldstukken zijn verschillend van waarde en van verschillende oorsprong.

Zij komen uit een periode tussen de dertiende en zeventiende eeuw.

De munten zijn niet op één plaats gevonden, zij komen niet uit één geldkist. 

Maar ook deze munten bewijzen, als dit al nodig was, het lange bestaan van de kerk van Sénéchas.

« Tournois » uit de tijd van Sint Louis (1215-1270)

Munt van Peter de IV van Aragon - 1335

Terug naar de bladzijde over de geografie en de geschiedenis